(NL)
Ik ging voor het imposante beeld staan. Twee nieuwe lichamen in een eeuwenoude kerk, jij en ik. Jij van steen, ik van vlees en bloed. Ik voel je zwaarte en kijk je aan, mijn ogen opwaarts gericht. Ze glijden van je gelaat, naar de rots die boven je hoofd hangt, en tenslotte naar de blauwe hemel, het steengewelf dat ons omarmt. Wil je ook bewegen? Mis je het gevoel van vrijheid, de warme sensatie van je bonzend hart en de frisse wind tussen je wiekende armen?

Ik startte mijn opwarming met een korte kennismaking met een Tantalusbeeld, een beeld dat YOT voor de Magdalenakerk heeft verworven. Tantalus is metershoog, een buste die in de hoogte is getild door harde donkere steen. Boven zijn hoofd hangt een grote steen waarop woorden staan geschreven. Wat hangt er toch boven je hoofd, Tantalus? Wat maakt je zo zwaar, zo onbeweeglijk? Het beeld heeft een sterke mannelijke uitstraling. Het lichaam dat ik in mijn dans verwelkom, is dat van een vrouw, Maria Magdalena. Hoe gaan deze twee figuren in dialoog, een gesprek gevoerd doorheen lichaam en ruimte. Beide archetypes vinden elkaar op de grond, en net zoals Atlas gaan ze gebukt onder de last van de wereld. De massieve aarde trekt me naar haar toe. De dans die zich opdringt, is langzaam. Ik kronkel over de vloer en ontdek de dimensies van het leven aan de oppervlakte. Net als wortels verspreid ik me terwijl mijn lichaam zich ontvouwt. Ik voel me niet neergeslagen, eerder omsloten door horizontale onzichtbare membranen die zich om de aarde wikkelen. Ik nestel me van de ene positie in de andere. Soms verschuift mijn aandacht want de lens van de camera bekijkt me. Magdalena wordt begluurd, maar ook dit is een onderdeel van haar apostolaat. Tantalus, Magdalena, wie kijkt er nog naar ons en wat kunnen we voor hen betekenen?
Ik ging nog even rechtstaan en genoot van het orgelspel dat rijkelijk de ruimte vulde. Ik voelde mijn benen verstrengelen en net zoals de gekruisigde Tantalus stond ik vastgenageld aan de stenen vloer. De wortels die zich doorheen mijn lichaam gevormd hadden, werden gevoed door een opwaartse beweging. Doorheen de boomstronk van mijn beenderen ontpopte zich langzaam bloesems over heel mijn bovenlichaam. Deze zachte erotiek was een gave, van Magdalena. Als bloesem en twijgen bewoog mijn torso heen en weer door de kinesfeer.

Ik nam deze improvisatie mee tijdens mijn eerste repetitie. Ik start de opvoering voorovergebogen over een schaal met water, dat wist ik al een tijdje. Deze compositie kwam opborrelen uit mijn onderbewuste als een plotse inspiratie. Ik gebruikte het bewegingsmateriaal dat ik tijdens mijn dans met Tantalus had ontdekt. Langzaam beweeg ik in een cirkel rond de schaal terwijl mijn lichaam steeds verder openbloeit. Mijn bekken, in het bijzonder, worden deze stuwende en ontluikende uitwaartse kracht gewaar. Ik gebruik het water als referentiepunt en maakte beeldassociaties. Hoe zou mijn lichaam als water bewegen als er een heuse storm ontketend wordt? Hoe zou regen zachtjes neerdalen en gemoedelijk mijn gezicht strelen? Het water in het bekken van de stenen schaal biedt verschillende mogelijkheden aan. De kunst van de choreografie bestaat erin om geïnspireerde keuzes te maken en genuanceerd de beeldtaal te doorgraven, om vervolgens het lichaam uit te nodigen de beelden te vertalen naar beweging in de ruimte.
(EN)
I stood in front of the imposing statue. Two new bodies in an ancient church, you and me. Yours of stone, mine of flesh and bone. I feel your gravity and I look at you, my eyes raised. They slide from your face, to the rock that hangs above your head, and finally to the blue ceiling, the stone vault that embraces us. Do you want to move too? Do you miss the feeling of freedom, the warm sensation of your pounding heart and the fresh wind between your swaying arms?
I started my warm-up with a brief encounter with the Tantalus statue, a statue YOT acquired for the Magdalena Church. Tantalus is several meters high, a dark bust erected. Above his head hangs a large stone on which words are written. What’s hanging over your head, Tantalus? What makes your body so heavy, so immobile? The statue has a strong masculine appearance. However, I embrace the female body of Mary Magdalena in my dance. How do these two figures interlock, a conversation between ancient interlocutors conducted through body and space. Both archetypes find one another on the ground, and like Atlas, they are weighed down by the burden of the world. The solid earth draws me to her. Slow is the dance that imposes itself upon me. I squirm on the floor, discovering the dimensions of life on the surface. Like roots, I spread as my body unfolds. I don’t feel knocked down, rather enclosed by horizontal invisible membranes that wrap around the earth. I settle from one position to another. Sometimes my attention shifts because the lens of the camera looks at me. Magdalena is being watched, but this too is part of her apostolate. Tantalus, Magdalena, who is still watching us? What does it mean?
I stood up for a while and enjoyed the organ playing. I felt my legs intertwine and, like the crucified Tantalus, I stood nailed to the stone floor. The roots that had formed throughout my body, were nourished by an upward movement. Blossoms slowly sprouted all over my upper body. This soft eroticism was a gift from Magdalena. Like blossom and twigs my torso moved back and forth through its kinesphere.

I aimed to integrate my improvisation within my first rehearsal. I will start the performance leaning over a bowl of water, I’ve known that for a while. This composition arose from my subconscious as a sudden inspiration. I used the movement material that I had discovered during my dance with Tantalus. Slowly I move in a circle around the bowl as my body blossoms. My pelvis, in particular, senses this outward force. I use the water as a reference and made mental image. How would my body move when it becomes water: when a storm is unleashed, when rain fall gently and caress my face? The water in the basin of the stone bowl offers several possibilities. The art of choreography consists of making inspired choices and nuanced explorations of the visual language, in order to subsequently invite the body to translate the images into movement in space.